header background image
 

Boomgaarden worden vooral gewaardeerd omwille van de landschapswaarde en de productie van gezonde vruchten. Dat ecologisch beheerde boomgaarden de behoeders zijn van een grote biodiversiteit en een grote natuurwaarde hebben, is minder gekend. Deze waarde willen we extra in de kijker zetten in het biodiversiteitsproject ‘Natuurboomgaarden’, dat we met de steun van de provincie Limburg en het Provinciaal Natuurcentrum uitvoerden.  Een label geeft de boomgaarden met grote natuurwaarde visueel meer uitstraling.

Oude, versleten en zelfs dode bomen spelen hierbij een belangrijke rol. Voor zeer vele organismen vormen ze een ideale nest- en voedselplaats of bieden ze de nodige beschutting. Ze vormen een apart en zeer specifiek biotoop. Het project moet leiden tot realistische aanbevelingen hoe boomgaarden best beheerd worden, rekening houdend met zowel de biodiversiteit als de andere boomgaardfuncties.

Specifiek onderzoek in het project ‘Natuurboomgaarden’

Onderzoek naar de biologische diversiteit en de ecologische leefgemeenschappen binnen een hoogstamboomgaard kan heel uitgebreid en divers gevoerd worden. In dit project willen we focussen op twee groepen van insecten, namelijk de houtkevers en de wilde bijen. Houtkevers leven in de bast en het hout van bomen, liefst van oudere, versleten of afstervende bomen. Hierin maken ze boorgaatjes, die op hun beurt gebruikt kunnen worden door een aantal soorten wilde ‘solitaire’ bijen als plaats voor ei-afleg en de ontwikkeling van hun jonge larven.
In 18 verschillende boomgaarden, verspreid over Haspengouw en Voeren werden praktisch 30 vallen geplaatst, netvallen (eklektoren voor de determinatie van bijen en wespen) en raamvallen voor de kevers, spinnen en dergelijke.  Tussen eind april en oktober werden de vangsten om de 2 weken verzameld, uitgesorteerd en aan specialisten bezorgd voor de determinatie. Op deze manier krijgen we een goed beeld over de populaties houtkevers en wilde bijen in de onderzochte boomgaarden en kunnen zo een verband vaststellen tussen het aanwezige kwijnend en dood hout in een boomgaard en de activiteit van houtkevers en wilde bijen in deze omgeving.
De wilde, solitaire bijen spelen naast de honingbij en nog andere insecten een belangrijke rol voor de bestuiving van onze fruitbomen. De relatie tussen wilde bijen en oude hoogstambomen met voldoende dood hout, zal zeker de interesse wekken bij vele beleidsmakers en een groot deel van de bevolking, zelfs bij de beroepstelers.

 

Een netval capteert vooral de vliegende insecten die zich ophouden rond dode of kwijnende stammen, op zoek naar nestgelegenheid om hun eitjes af te leggen.

Hoogstamboomgaarden herbergen nog een grote biodiversiteit

In de vallen werden er niet alleen kevers en bijen aangetroffen, maar een heleboel andere groepen van insecten en spinnen. Van enkele soortgroepen zijn de resultaten al beschikbaar. Van de 175 soorten kevers hebben er 76 een functie als bewoner van hout.  Dit zijn de soorten die er voor zorgen dat er in de boomgaard nestgelegenheid is voor de houtbewonende wilde bijen. Er werden ook enkele bijzondere soorten genoteerd waaronder een nieuwe soort voor België en een soort die voor de 2e maal in België werd gevonden, de enige melding was in 1867 in Vorst (Brussel).
Met 40 soorten wilde bijen waarvan er bijna de helft (18) op de strengere recent Rode Lijst staan in Nederland.  Het zijn dus soorten die de laatste jaren zeldzaam zijn of waarvan het aantal vindplaatsen sterk achteruit gaat.   Deze soorten kunnen mee zorgen voor de bestuiving van de boomgaarden in de omgeving.  101 soorten werden in de vallen gevonden, een indrukwekkend aantal, waarbij enkele soorten die maar van enkele plaatsen bekend waren. Er werd ook een nieuwe mier voor ons land genoteerd en ook een aantal bijzondere vliegen. Uit deze resultaten blijkt er een zeer interessante fauna aanwezig te zijn in de boomgaarden zowel vanuit het standpunt van de biodiversiteit,  maar ook voor bestuiving als voor plaagbestrijding. Omwille van de aanwezigheid van een groot aantal insecten, is het  niet verwonderlijk dat er veel vleermuizen werden genoteerd in een ander biodiversiteitsonderzoek. Niet alleen dwergvleermuizen maar ook Bechstein’s vleermuis, een absolute topper! Verder onderzoek is aan de gang hoe deze kunnen meewerken aan de natuurlijke bestrijding van plaaginsecten.

De appelspintkever (Scolytus mali) is een snuitkever die leeft in de bast van appel- en perenbomen, maar komt ook voor in andere boomsoorten zoals bij de Prunussen. In de bast van aangetaste bomen zitten talrijke kleine gaatjes.

‘Natuurboomgaarden’ een label voor leven en diversiteit

Boomgaarden die voldoen aan een ecologisch boomgaardbeheer en waar er ook rekening wordt gehouden met een voldoende volume dood hout in de boomgaard, kunnen we de status en het label ‘Natuurboomgaard’ toekennen. Om te definiëren wat we verstaan onder ecologisch boomgaardbeheer, zullen we een aantal parameters voorstellen waaraan een ‘Natuurboomgaard’ moet voldoen (precieze aantallen worden nog met de partners van het project vastgelegd):

  • Het perceel moet nog voldoende bezet zijn met hoogstamfruitbomen, maar met aandacht voor een goede belichting van de onderbegroeiing (grassen- en kruidenlaag), zodat de soortenrijkdom in en rond de boomgaard wordt verhoogd.
  • Beheer zonder gebruik te maken van pesticiden, herbiciden of chemische meststoffen.
  • Graslandbeheer in de boomgaard door hooien of extensieve begrazing.
  • Een ‘Natuurboomgaard’ bevat een minimum aantal hoogstamfruitbomen die oud genoeg zijn en een aantal dode of kwijnende takken in hun kruinen hebben of er blijven enkele dode bomen in de boomgaard behouden.
  • Aandacht voor de boomgaardomgeving, liefst omzoomd door een haag of houtkant met inheemse, bloeiende en/of besdragende planten. Indien dit niet het geval is, moet de grassen- of kruidenstrook langs de boomgaard slechts na juni gemaaid wordt. De natuurwaarde wordt opgewaardeerd wanneer er een houtwal, snoeihouthoop of een poel in de boomgaardomgeving wordt aangelegd of onderhouden.
  • Wanneer een boomgaard verjongd of hersteld wordt, is het voor de natuurwaarde een voordeel wanneer dit stapsgewijze gebeurt , zodat er nog voldoende oudere bomen aanwezig zijn tijdens de periode dat de jongere bomen in volume toenemen. Dit bevordert het behoud van het ecologisch evenwicht in de nieuwe aanplant.

 

   Label ‘Natuurboomgaard’


Praktische uitvoering van het project

Het project wordt wetenschappelijk ondersteund en begeleid door de entomoloog en natuurkundige Maarten Jacobs. We steunen uiteraard ook op de expertise en kennis die aanwezig is binnen het Provinciaal Natuurcentrum in Bokrijk, met name in de persoon van Luc Crevecoeur. De Nationale Boomgaardenstichting (NBS) is de promotor van het project dat gestart werd in augustus 2016 en afgerond wordt met de uitreiking van het eerste label ‘Natuurboomgaard’ op 26 september 2018 aan de boomgaard van de natuurvereniging Aulenteer in Overbroek - Gelinden.

We zijn uiteraard zeer erkentelijk en dankbaar aan de boomgaardeigenaars die hun boomgaarden ter beschikking gesteld hebben voor de proefopstellingen. Ook de partners in het project: Natuurpunt Limburg, Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren, PIBO Tongeren, vzw Lieteberg en de gemeente Borgloon hielpen door inhoudelijke of praktische raadgevingen mee aan deze actie voor het behoud van hoogstamboomgaarden met voldoende oude of zelfs dode bomen.

Toekomst

‘Natuurboomgaarden’ kunnen in onze leefomgeving eilandjes vormen, die fungeren als een soort  ‘reservaat’ voor de biodiversiteit en vormen als dusdanig ‘stapstenen’ voor natuur. Wanneer ze op deze manier voorgesteld worden aan het grote publiek, krijgen ze meer waardering en daardoor meer levenskansen. Ook voor de professionele fruitteelt kan dit onderzoek van groot belang zijn. We zijn er van overtuigd dat biodiversiteit hoogstwaarschijnlijk een van de belangrijkste hulpmiddelen wordt voor de plaagbeheersing in de fruitteelt. Tevens is de aanwezigheid van diverse soorten bestuivende insecten van essentieel belang voor de productiviteit van vele teelten.

Het definiëren van de natuurwaarden en de erkenning als ‘Natuurboomgaard’ kan een aanzet geven voor het opmaken van een (gewestelijk, provinciaal of een gemeentelijk?) actieplan voor het behoud van hoogstamboomgaarden, waarin ook oude en zelfs dode bomen behouden blijven. Vers fruit, fruitsap, stroop… van de oogst uit ‘Natuurboomgaarden’ verdient extra aandacht en misschien een speciale erkenning?!

Nu hopen we dat we de beleidsmakers kunnen overtuigen om subsidiëringsmogelijkheden te voorzien voor boomgaarden die mee helpen de natuurwaarden in onze omgeving in stand te houden.